Maar Paul BOWLES, schrijver van The sheltering sky en zijn excentrieke vrouw Jane, ben je er niet tegengekomen. Ze vertoefden graag in Tanger, waar ze even buiten de stad een huis bewoonden, tegen de flank van een berg gelegen.
Wel lukte je in Tanger wat je in Nederland maar niet voor elkaar kreeg, en stond je er zowaar te KOKEN!
Niet elke dag une Lotte sautée aux zestes de citron vert à la crème de laitue et de cerfeuil, oftewel lichtgebakken zeeduivel met limoenschilletjes en wilde veldsla, overgoten met tuinkers en een zachte crème-fraîche saus .. maar toch!
Marthe was (en is waarschijnlijk nog steeds) een van de beste koks van het Westelijk Halfrond, maar dat wist je toen nog niet!
Maar goed ook, anders had je nog geen eitje durven pocheren.
De keuken is toch al niet je sterkste kant.
- Wat is, volgens jou, nou het moeilijkste recept op de wereld, heb je haar ‘ns ’n keertje gevraagd.
- Nou, une purée de groseilles épinées avec des cailles désossées, is echt wel een bewerkelijk gerecht, antwoordde ze, omdat je alle pitjes ervoor uit de bessen moet peuteren en alle kraakbeentjes uit de kwartels.
(En voor degene die wil weten wat dit gerecht nou precies inhoudt, moet het zelf maar opzoeken in een of ander kookboek, moest jijzelf toentertijd óók hahaha.)
Jij, nieuwsgierig:
- En er zijn vrouwen die dat doen??
- Oui oui en er zijn genoeg mannen die erop staan dat hun vrouwen dat doen, corrigeerde Marthe.
- Sans blague! riep je uit, en die lopen niet weg?
Je maakt je er nu dan wel vrolijk over, maar je herinnert je nog heel goed dat je zowat van je stoel viel van verbazing toen je dergelijke enormiteiten hoorde.
Die Fransen toch, een vrouw is in hun ogen een ware trésor, een aan het goddelijke grenzende schepsel, en als ik het wel heb telde Frankrijk in die tijd zo’n acht en
Vijftig miljoen inwoners hoeveel daarvan vrouwen zijn laat zich raden.
Als die allemaal op één en dezelfde dag zouden besluiten er de brui aan te geven, zou heel Frankrijk op z’n gat liggen.
Dat is nog eens wat anders dan je beha op de schroothoop gooien!
En voor de wat radicalere feministes zeker de moeite van het overwegen waard!
Nou, dan toch maar bloemkool met saucijsjes!
Maar goed, wat jij daar brouwde was ook allemaal niet zo verheven. Je gaf er leuke naampjes aan, dat wel. Zo werd een simpel karbonaadje gegarneerd met wat mint, en een potje gember erbij al gauw une fine côtelette tangéroise très croustillante au menthe et au gingembre. (Sindsdien heb ik trouwens in behoorlijk wat restaurants in Nederland gegeten en die doen volgens mij precies hetzelfde).
Maar dat excentrieke schrijversechtpaar BOWLES had je best eens op jouw zelfuitgevonden dessert DIVINE MADNESS (koud van buiten, gloeiend van binnen) willen onthalen, dat wel, om van je *spécialité maison* = OIGNONS SUR CANAPE nog maar te zwijgen. (Dat waren de gebruikelijke gebakken uienringen op sneetjes witbrood aan het moeilijke eind van elke maand) –
WAT ECHTER WEL GEBEURDE: a)- De grote hit CRY van Johnnie RAY, je lievelingsplaat, draaide je thuis zo hard af, dat half Tanger
ervan meegenieten kon en
b)- Er werd Marthe gevraagd een jazz programma voor de radio te maken, aan Marthe, die nog eens
het verschil wist tussen een saxofoon en een klarinet, laat staan dat ze één woord Engels kon spreken.
- Accepteer het nou maar, raadde je haar aan, zonder er eigenlijk een seconde over na te denken, dan maak IK die programma’s wel. Het leven is een wonderlijk iets.
Zo stond JIJ te koken, terwijl jij daar eigenlijk een afschuwelijke hekel aan had, en HAAR werd gevraagd voor de radio over jazz te leuteren, terwijl ze nog niet eens wist wie Ella Fitzgerald was!
Want jazz-minded is Frankrijk nooit geweest en als je in Bourgondië opgegroeid bent, kun je wel Saint-Beuve gelezen hebben zonder ooit over Lionel Hampton of de trompettist Dizzy Gillespie of Miles Davies of Charlie Parker of over Billie Holiday gehoord te hebben. Zelfs de grootste luiwammes op een Franse middelbare school kent zijn klassieken, maar vraag hem niet een behoorlijk woord Engels te spreken, die uitspraak alleen al! Het is inherent aan het onderwijssysteem daar. Waar wij waarde hechten aan onze talen, sjouwt de Fransman veel meer intellectuele bagage mee.
Omdat jij toevallig was opgegroeid met de klanken van Duke Ellington’s Creol Love Call in de oren en in je tijd met Peter kon bogen op een jazz platencollectie waar iedereen in Den Haag en omstreken U tegen zei, durfde je het aan die radioprogramma’s te maken. Je was bezeten van jazz en zodra je financiën dat toestonden, had je menig uurtje in de Vliegende Hollander doorgebracht.
Die Vlieg was weliswaar geen Coton Club en de drankjes waren er niet goedkoop, maar de eigenaresse, Ans Kempers met haar man Gé schoven je vaak wat toe. Je was er altijd en graag geziene gaste geweest, in tegenstelling tot je broertje, die meestal stennis maakte.
Je kocht dus een schrijfmachientje op de reutel, drie stapels papier en zette je aan de noeste arbeid. Want was het niet W.F. Hermans die ooit zei: De fiets en de schrijfmachine hebben meer voor de emancipatie voor de vrouw gedaan dan het feminisme..
Nog nooit had je een radio programma in elkaar geflanst, laat staan uitgewerkt.
- Zou je ook kunnen zeggen wie eigenlijk onze opdrachtgever is? vroeg je Marthe, enerzijds omdat dit je een zinnige vraag leek, maar ook
en vooral om wat tijd te winnen.
Daar zat je dan met je grote mond, achter een blanco vel in je schrijfmachine gedraaid.
De dag daarop kwam Marthe al thuis met de nodige informatie.
PERRIER was jullie sponsor, zei ze, en het was de bedoeling dat jullie minimaal EEN proefprogramma zouden maken. Als het beviel, zouden jullie een contract voor een dozijn andere uitzendingen krijgen, daarna steeds te vernieuwen. PERRIER! Het sprankelende bronwater dat Maurice zo kwistig over en om en in zijn bidet gesprenkeld had, met jou erop wachtend!
l’Eau qui pétille et qui fait pschitt! Je dacht dat het een gunstig voorteken was en begon meteen op je kleine portable te rammen.
Een indicatief, eerst moest je een openingsmelodie hebben, waar elke uitzending steevast mee beginnen zou.
Je keuze viel op Rhapsody in Blue van Gershwin. Niet bijster origineel misschien, maar wel herkenbaar voor iedereen.
Een programma eens in de week, met Amerikaanse muziek in dit deel van de wereld met een overheersende islamitische cultuur, richtte zich eigenlijk toch tot een minderheid, dus kon je ook weer geen al te wilde bokkensprongen maken!
En wat-deed-de-vrouw-die-jij-toen-was?
De vrouw-die-jij-toen-was maakte het ene programma na het andere met alle teksten, zinspelingen, grapjes en geintjes in het Frans. Je luisterde naar alle uitzendingen ervan over de radio, corrigeerde Marthe’s uitspraak, schaafde bij waar nodig, schreef namen, titels, fonetisch op.
De directeur van het radio station was een Amerikaan, daarom waren er wel jazz platen aanwezig, al was de collectie niet zó groot. Op een dag riep hij Marthe bij zich om haar te complimenteren met “haar”programma’s.. een Française die zoveel afwist van Amerikaanse muziek!Ook kocht je diverse tijdschriften, overal werd melding gemaakt van MONSIEUR Pschitt, MONSIEUR Perrier. Dus doopte je Marthe: MADEMOISELLE Perrier!Marthe had een rustige telefoonstem, geen slordige uitspraak, volgens jou was ze de beste ambassadrice van wat wel de champagne onder het tafelwater heette te zijn.
© Marie-José VAN DEN HOUT
|