Bijgewerkt
1 Oktober 2009
Een grote liefde


Een Grote Liefde maakte aanstalten om door het leven te gaan.
Donkere bril
Witte wandelstok -

Iedereen die zijn pad kruiste deed eerbiedig een stapje opzij
en maakte onwillekeurig een lichte buiging.
“Zo mooi en zo sterk”zeiden alle mensen op een bijna medelijdende toon, “en
toch zo stekeblind, hoe is het mogelijk! Wat is het leven toch een mysterie.
En wat is de liefde toch een monsterlijk iets!”

De Grote Liefde, niet van zijn stuk te brengen, ging rustig zijn gangetje.
Onverstoorbaar
maar wel aarzelend soms en op de tast.
Vallend
en weer opstaand.
Eerlijk gezegd rekende hij nogal op het toeval en trouwens min of meer op
alles en iedereen
om hem de weg te wijzen.

Waar kwam hij vandaan?
Waar ging hij heen?
Was hij gelukkig?
Was hij het niet?

Niemand die het zeggen kon.
Hij wist het eigenlijk zelf niet eens.
— Vertrouwde niemand iets toe — zeurde er ook niet over.
Wel hielp men hem om de straat over te steken, of in een autobus te stappen,
dat wel.

ZO DACHT IEMAND ER GOED AAN TE DOEN HEM OP EEN GOEIE DAG
WEER MET BEIDE BENEN OP DE GROND TE ZETTEN.

En zodoende beging onze fraaie liefde zijn eerste misstap.
Spoedig gevolgd door een tweede.
En toen ineens gingen er DRIE STAPPEN MIS ___
|
—¬
|
—¬
|
‾‾‾

Gebroken de witte wandelstok
Gebroken de zwarte bril
Gebroken de weerstand

HIJ LIGT NU ONDER LIJN ELF!



Met nog een stel gebroken ribben
op de koop toe ...

© Marie-José VAN DEN HOUT


Vorige ricochet Naar index Volgende ricochet
Free counter and web stats