Uit brief van 7 september 2005:
Ik wist niet dat ik nog kon blozen. Edoch, ondanks mijn 48 jaar
blijkt de doorbloeding in mijn gelaat nog prima in orde te zijn. En
dit slechts door uw lovende woorden m.b.t. de manier waarop ik een boek
bekijk. Ik geloof (zonder mijzelf daarvoor op de borst te kloppen) dat ik op
dit punt anders in elkaar zit dan de meeste mensen. Vaak merk ik ook dat
anderen mij soms maar moeilijk kunnen volgen. Alleen al het feit dat kwaliteit
boven kwantiteit gaat - een persoonlijk credo van mij - is iets wat de meesten
"niet goed kunnen plaatsen".
En dat komt nou juist zo goed uit de verf in "Gelukkig
gisteren". Compact en bijzonder geconcentreerd. Iedere zin boort
informatie aan. Juist door bepaalde dingen subtiel aan te stippen, bereikt u
veel meer dan door er bladzijden lang over uit te weiden. In weinig
woorden veel zeggen, is en blijft nou eenmaal een grotere kunst dan
omgekeerd.
Wat dat aangaat, is het interessant dat u vertelde dat Bert liever
meer emotie had gezien. Ik bespeur hier een verschil van opvatting tussen een
toneelregisseur (Bert) en de filmmaakster (u). Een toneelstuk is een poppenkast
die goed "vol" moet zijn. Met grootse en royale gebaren en
heftige emoties bewegen de spelers zich op de planken. De decibels moeten
natuurlijk flink ingezet worden want op de achterste rij moet men het ook
kunnen horen.
Dat moet je uiteraard nooit tegen een filmmaakster zeggen want dat
is vloeken in de kerk. In de filmkunst kan een haast onhoorbaar gefluisterde
(liefdes)verklaring meer "power" hebben dan een gas-explosie in je
eigen keuken. En dan de mimiek die genadeloos op het doek wordt geprojecteerd:
de flauwe glimlach, dat ene traantje, de oprechte blik in iemands ogen die kan
omslaan in opperste verbazing of grenzeloze haat. Daar hoeft helemaal geen
emmer met emoties aan toegevoegd te worden. Subtiel in het
kwadraat. Een mooi voorbeeld is uw beschrijving over dat
nonnen-strafkamp. De lezer snapt meteen hoe dat in elkaar stak. Een klein
meisje dat wellicht 's nachts zachtjes huilde (niemand mocht dat merken want
anders zou ze de wind van voren krijgen EN het verwijt dat ze een aanstelster
was). Het machteloze kind dat zich afvroeg waarom haar leven gelopen
was ZOALS het was gelopen en liever dood was geweest. De afhankelijkheid,
het overgeleverd aan figuren die haar leventje tot een hel maakte. Ja, al
deze beklemmingen zijn te proeven in de met zorg geformuleerde zinnen die samen
weer een glasheldere weergave vormen. Het is niet voor niets dat schrandere
Duitsers vaak zeggen: "In die Kürze legt die Würtze". Een
prulschrijver/schrijfster zal pagina's nodig hebben om het leed breedsprakig
weer te geven al was het alleen maar voor de literaire schrokop
met slechte tafelmanieren die gewoon veel papier voor weinig geld wil
zien. Wat u hier doet, is in handvol zinnen een complete wereld van lang
geleden opzetten die ook meteen helder is. En nu maak ik zelf de fout om
in veel woorden slechts aan te geven waarom het "hoe
geschreven" in "Gelukkig gisteren" zo perfect is. Ik vermoed zelfs
dat Geerten Meijssing, als hij dit boekwerk onder ogen zou krijgen, de
schrijfstijl zou vergelijken met die van een klassieke
wereldschrijver (En Geerten kan het weten). In mijn eigen woorden: je ziet al
aan de constructie van de sportwagen dat er verbluffende prestaties geleverd
worden, zonder er ook maar één meter mee te rijden en zonder de motor te horen
lopen.
Over het "Wat".
Natuurlijk heb ook ik het boek gelezen omdat ik nieuwsgierig was
wat u over Willem vertelde. Soms was Willem prominent aanwezig, soms op de
achtergrond en een enkele keer helemaal niet. Stel dat ik u helemaal niet kende
en alleen maar wat van Willem afwist. Als ik met die ondergrond "Gelukkig
gisteren" zou lezen, dan zou Willem, voor mij als lezer, een stuk naar de
achtergrond verschuiven; ook al is hij in sommige verhalen dominant aanwezig.
Nu omgekeerd. Ik ken u heel goed en heb nooit van Willem gehoord.
N.a.v. "Gelukkig gisteren" zou ik meer van Willem willen weten,
ik ontdek Bob Evers. Ik lees de boeken en geniet ervan. Dan zou mijn gedachte
zijn: "Jaa, die Willem schreef verdraaid leuke boeken, maar
wat HEEFT die zuster allemaal meegemaakt door hem". Alleen al
het verwijt dat u een zuster van hem bent! (over die sollicitatie die
op het laatste moment spaak liep). De essentie van "Gelukkig
gisteren" mag duidelijk zijn: "kijk ook eens achter de
coulisen".
Daarom, lieve EmJee, als u overgaat tot het schrijven van een
tweede boek dan heeft u de aanwezigheid van Willem helemaal niet zo nodig om de
lezers te fascineren. Ik kan me zelfs voorstellen dat u mogelijk een
trilogie schrijft, met als titel van deel 2 "Gelukkig gisteren?" en
van deel 3: "Gelukkig gisteren!". (dus deel 2 met vraagteken en deel
3 met uitroepteken) En deel 3 zou zelfs nog alsvolgt benoemd kunnen worden:
"Gelukkig... gisteren!".
Vergeef me de vrijpostigheid. Ik heb iets met titels waarvan ik
denk dat ze zouden kunnen scoren terwijl dat in werkelijkheid helemaal niet
zaligmakend is. Soms probeer ik mensen weleens wijs te maken dat
"Bob Evers' laatste ereronde" zuiver is ontstaan omdat ik het
zo'n mooie titel vond en het dood- en doodzonde vond om daar niets mee te doen
en maar besloot om er een nieuw boek omheen te schrijven. In
werkelijkheid is dat natuurlijk niet zo, maar ik hou ervan om mensen bijna te
zien flauwvallen van verbazing en zelf te doen alsof het de normaalste
zaak van de wereld is. (is ook een van mijn vele "tikken" zijn.)
Maar bovenal geldt dat goede titels natuurlijk óók bij het
schrijfproces horen.
Maarre... wees ervan overtuigd dat "Gelukkig gisteren"
een prachtig stuk werk is. Het "hoe" en "wat" versterken
elkaar perfect. En dat is de grote kracht van de schrijfkunst.
Met vriendelijke groeten uit Wijk bij Duurstede,
John Beringen –
John Beringen publiceerde o.a. de volgende boeken over Bob Evers:
- Het Bob Evers Virus
- Twee jongens en een Bob
Evers-serie
- Bob Evers’ laatste
ereronde
- Het verschijnsel Bob
Evers
Deze boeken kunt u rechtstreeks bij John
Beringen zelf bestellen -
john.beringen@casema.nl